Jolien bezig met de restauratie van een naamloos werk (1917) van G.J. Joh. Degenaar, uit de collectie gemeente Aalten. Foto: Rick Mellink
Jolien bezig met de restauratie van een naamloos werk (1917) van G.J. Joh. Degenaar, uit de collectie gemeente Aalten. Foto: Rick Mellink

Restaurator Jolien te Welscher zette haar belemmering om naar een talent

Algemeen

'Waar anderen er schoon genoeg van hebben, zit ik er net lekker in en ben niet meer te stoppen'

Door Annekée Cuppers

AALTEN/LICHTENVOORDE - Na jaren van omzwervingen terugkeren op de plek waar het ooit allemaal begon: de oude Rosvoort-school aan de Frans Halsstraat te Lichtenvoorde. Restaurator Jolien te Welscher (1988), groeide op in deze straat en ging er naar school. Nu heeft zij in de oude Rosvoort (tegenwoordig 'Lokalen, ruimte voor creatieve zelfontwikkeling') haar eigen atelier en werkt met oneindig geduld en urenlange focus aan oude schilderijen en andere kunstvoorwerpen. "Dat kleine, fijne precisiewerk, die repeterende werkzaamheden, daar kan ik mij helemaal in verliezen."

Huisschilder
"In mijn kinderjaren wilde ik altijd huisschilder worden, gewoon lekker kozijntjes aflakken, muurtjes sausen, dat soort werk. Maar mijn vader zag dat helemaal niet zitten. Dat gesjouw met zware emmers verf zou ik lichamelijk niet aankunnen, dacht hij. Toen koos ik maar voor een beroep als kapper. Heel leuk al die kunstwerkjes van haar maken maar het dagelijks ritme van een kapsalon, dat bleek uiteindelijk niks voor mij."
Jolien verruilde daarop de Achterhoek voor Amsterdam om de opleiding allround make-up artist voor film en theater te gaan volgen. Hier kon ze al meer bezig met bodypaint en gezichtsconstructie. Ze werkte mee aan grote producties van Joop van den Ende, zoals 'My fair Lady' en de film 'Alles is Liefde'. Heel leuk maar toch niet echt haar wereldje. "Op de opleiding vond ik, als enige, het onderdeel pruiken maken erg leuk. Zodoende kwam ik aan het werk bij een pruikenmaker maar ik was pas negentien en nam destijds alle zorgen van de klanten, vaak ernstig zieke mensen, mee naar huis. Bovendien wilde ik werk dat nog iets meer richting schilderen ging. Via keramiekrestaurator Kelly Witteveen werd ik gewezen op de opleiding 'Conservatie en Restauratie' aan de universiteit van Antwerpen. Ik slaagde voor de drie dagen durende toelatingstest en kon in principe beginnen. Toch heb ik een jaar uitstel gevraagd, ik wilde namelijk nog heel graag reizen en was bang dat het er anders niet meer van zou komen."

Universiteit van Antwerpen
"In dat jaar heb ik veel gereisd en gewerkt. Ik ben in Nieuw Zeeland geweest, Sidney, verschillende landen in Zuidoost-Azië. Tijdens het reizen kwam ik erachter dat ik het heel leuk vind om me regelmatig te verplaatsen. Daarom heb ik in de opleiding gekozen voor de muurschilderkunst in plaats van schilderijen, zoals in eerste instantie mijn bedoeling was. Tijdens en na mijn studie heb ik veel gewerkt voor een groot Belgisch restauratiebedrijf en was altijd onderweg van hotel naar hotel, mijn eigen bed zag ik amper. Het werk is geweldig mooi maar ook erg zwaar, het moet wel echt je passie zijn anders hou je het niet vol. Je zit soms urenlang in dezelfde houding in een ijskoude kerk, kunt alleen naar de wc op een dixie en sjouwt met zware zakken zand en kalk. Maar ik heb supermooie projecten mogen doen, zoals de 'krokodillenzaal' van het Koninklijke Museum voor Midden-Afrika in Tervuren bij Brussel en 14de-eeuwse muurschilderingen in de kathedraal van Antwerpen."

Terug naar de Achterhoek
Medio 2016 kwam de klad in de restauratiewereld in België. De overheid halveerde de subsidies en veel bedrijven kregen het zwaar en moesten mensen ontslaan. Helaas overkwam dit ook Jolien. "Ik zag het totaal niet aankomen, ik werkte er zo graag en van de een op de andere dag hoefde ik niet meer terug te komen. Toen ook nog diezelfde week mijn relatie op de klippen liep, was ik er al vrij snel uit dat ik terug zou keren naar de Achterhoek. De stad, daar was ik wel even klaar mee. En hier is het zo fijn! De rust, de ruimte, daar hoef je helemaal niet ver voor te reizen."
Jolien verruilde het uitzicht op auto's, overburen en vuilnis voor schaapjes en maïsvelden. "Als iemand mij een jaar geleden had gezegd dat ik volgend jaar in een boerderij in Lievelde zou wonen, had ik hem niet geloofd." Wel moest ze helemaal opnieuw haar draai vinden en haar leven weer opbouwen. "Dat was best wel een eenzame periode. Ik had geen werk, weinig vrienden en kennissen en sociale contacten opbouwen is extra lastig als je geen werk hebt. Zo draaide ik in een cirkeltje rond. Om nieuwe mensen te leren kennen, ben ik toen mee gaan doen met de cursus 'Laat jezelf zien' van Linda Commandeur bij Den Diek. Dat heeft mij veel gebracht. Ik moest ineens gaan nadenken over mezelf en over wat ik nu eigenlijk wilde. Ik was net mijn eigen bedrijf gestart en de cursus sloot daar mooi op aan. Een van de andere cursisten wees mij op het project Lokalen van initiatiefnemer Arthur Lurvink en toen nam alles een enorme vlucht. Ik kreeg een eigen atelier waardoor klanten mij beter wisten te vinden èn ik kreeg een hele nieuwe vrienden- en kennissenkring. Daarmee heeft Arthur mij zoveel meer gegeven dan alleen een plek om te werken."

Museum van Aalten
Jolien meldde zich ook als vrijwilliger bij het Nationaal Onderduikmuseum in Aalten. "Geen wonder dat je nooit geld verdient als je alles maar gratis doet! Heb je daar nou die dure opleiding voor gevolgd?", ik hoor het mijn vader nog zeggen." Maar ook deze keuze pakte voor Jolien goed uit. Via het museum kwam ze in contact met de gemeente Aalten die haar een enorme opdracht verstrekte. Ook van het museum zelf kreeg ze een uniek stuk in bewerking; een speelgoedvliegtuigje dat in de oorlog door de in Lichtenvoorde ondergedoken Jonny Levy en Alex Sidorov, een Russische piloot, van een houten wc-bril en sigarenblikjes werd gemaakt. Vanaf dit najaar zal het museumobject onderdeel gaan uitmaken van de tentoonstelling 'Auschwitz: Not Long Ago. Not Far Away' die de hele wereld over gaat. Jolien vertelt daarover: "Het gaat mij niet zozeer om welke kunstenaar het werk gemaakt heeft of hoe waardevol het is, uiteindelijk zijn het allemaal voorwerpen. Maar juist het verhaal erachter maakt een museumstuk bijzonder. Zoals bijvoorbeeld het onderduikersvliegtuigje. Bij de restauratie van het vliegtuigje heb ik er vooral voor gezorgd dat het stuk voor de toekomst behouden blijft zonder daarbij het uiterlijk echt te verfraaien. Natuurlijk zou ik de houtwormgaatjes op kunnen vullen en de verflagen weer volledig herstellen maar juist de afbladderende verf en de afgesleten wieltjes 'vertellen' het verhaal van het vliegtuigje, je kunt zien dat Jonny's neefje Levy er echt mee gespeeld heeft."

Geen standaard aanpak
De restauratie van ieder kunstvoorwerp vraagt weer om zijn eigen specifieke aanpak. Het werk begint voor Jolien dan ook altijd met goed kijken en nadenken over hoe de restauratie het beste kan worden aangepakt. "Je weet nooit van te voren wat je precies in handen hebt en geen enkel werk is standaard. Voor schilderijen bijvoorbeeld maak ik gebruik van een hele reeks testjes om de gebruikte materialen te bepalen. Zo leer je ook de kunstenaar beter kennen en weet je op een gegeven moment welk type vernis een bepaalde schilder gebruikt of op welk soort doek hij graag werkte. Ik maak ook de meeste verven en vernissen zelf, met pigmenten en bindmiddelen zodat ik heel precies de juiste kleur kan maken."

Verborgen schatten
"Muurschilderingen zijn een verhaal apart, die ontdek je vaak. Meestal zitten ze verstopt onder dikke lagen andere verf en je weet nooit van te voren òf en wat je aantreft. Als een chirurg ga je dan heel voorzichtig met een scalpel-mes te werk. Zo gauw een verfschilfer van de muurschildering loslaat, breng je met een spuit lijm eronder aan om deze vast te zetten zodat je onder de daarop liggende verflagen verder kunt zoeken. En als je dan echt iets ontdekt, dat is zó spannend! Ik weet nog dat ik in de Sint Pietersabdij van Gent mijn eerste eigen restauratieproject kreeg toegewezen. De verwachting was dat er niets te vinden zou zijn maar al zoekende kwam de ene na de andere 14de- tot 17de-eeuwse muurschildering naar boven, waaronder een piepklein 17de-eeuws baby-papegaaitje dat onder een dikke laag verf en cement verstopt zat. Echt heel bijzonder want muurschilderingen uit deze periode waren in België nog niet eerder teruggevonden. De hele restauratiewereld was in rep en roer en veel archeologen en restauratoren kwamen ter plekke poolshoogte nemen, waaronder de bekende professor Walter Schudel. Ik vroeg hem of hij wist waarom de kunstenaar dat baby-papegaaitje gemaakt had. Het was zo mooi en fijntjes geschilderd maar vanaf de grond voor het publiek totaal onzichtbaar. Volgens Schudel kon dat maar één ding betekenen: de kunstenaar had het geschilderd voor God."

Talent maken van je belemmering
Nog even weer terug naar de oude Rosvoort. Jolien was geen uitmuntende leerling, had moeite om structuur aan te brengen en haar aandacht te verdelen tussen de verschillende taken. "Ik weet nog dat ik naar een specialist moest en die liet mij twee opdrachten doen waarvoor ik een uur de tijd had. Vol enthousiasme begon ik met de eerste. Na 59 minuten vroeg de specialist: "Jolien, moet je niet ook nog een tekening maken?". Ik was zo opgegaan in de eerste opdracht dat ik de tweede totaal vergeten was. In die tijd zag ik dat echt als een slechte eigenschap, een belemmering. Nu weet ik wel beter en zie mijn belemmering juist als mijn talent. Die urenlange focus en concentratie waarmee ik mijzelf helemaal kan verliezen in dit werk, heerlijk vind ik dat. Waar anderen er op een gegeven moment schoon genoeg van hebben, zit ik er net lekker in en ben ik niet meer te stoppen."

Jolien bezig met de restauratie van het onderduikersvliegtuigje, uit de collectie Nationaal Onderduikmuseum in Aalten. Foto: Rick Mellink 

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant