Electrocars kunnen weer drie jaar rijden

Project is een groot succes

Door Kyra Broshuis

OOST GELRE - De subsidiëring van de electrocar van Stichting Marga Klompé en van Careaz wordt nog drie jaar voortgezet. Dat zegt wethouder Jos Hoenderboom. Het voorstel moet nog naar de raad. Hoenderboom wil jaarlijks aan aan zowel Stichting Marga Klompé als Careaz een bedrag van 3000 euro beschikbaar stellen voor de electrocars.

Kleine afstanden
Deze vervoersmiddelen rijden sinds 2018 in Groenlo en Lichtenvoorde. Het betreft een pilot, bedoeld om aanvullend laagdrempelig vervoer te bieden van voornamelijk ouderen naar bijvoorbeeld inloopvoorzieningen of om boodschappen te doen of op bezoek te gaan. “ZOOV bleek voor veel ouderen een te hoge drempel voor kleine afstanden. De electrocar is een mooie oplossing; laagdrempelig en een goede manier om eenzaamheid te helpen voorkomen”, legt de wethouder uit.

Vrijwilligers
De electrocar wordt gereden door vrijwilligers. De beide zorginstellingen, Careaz en Marga Klompé, zorgen voor coördinatie en gebruikers betalen via een vrije gift. “Het project is een enorm succes gebleken. Beide electrocars zijn bijna doorlopend in gebruik. In Groenlo werden vorig jaar 6.440 mensen vervoerd, in Lichtenvoorde heeft de electrocar ruim 10.000 km gereden. Met name 75-plussers maken gebruik van de electrocar. Niet alleen in Lichtenvoorde en Groenlo maar zeker ook in de kleine kernen. We willen dit project dan ook graag nog drie jaar voortzetten.”

De gemeentelijke bijdrage is een bijdrage in het onderhoud van de electrocar. “Het is heel redelijk dat de gemeente een bijdrage levert aan deze exploitatie. Mede omdat de electrocar een bijdrage levert aan het gemeentelijke beleid op het gebied van het zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen (bijvoorbeeld zelf de boodschappen kunnen blijven doen) en participatie (zelf nog naar een inloopvoorziening gaan en dus later een beroep op geïndiceerde dagbesteding doen) en het een bijdrage levert aan het voorkomen van vereenzaming. Door deze bijdrage betalen zorginstelling, gebruikers en gemeenten deze voorziening samen.”