Drie boeken

Buiten zijn Achterhoek zullen er niet zo gek veel mensen zijn, die weten wie Willem Sluiter was. De Needs-Eibergse dominee/dichter en 'uitvinder' van de naam Achterhoek genoot in zijn eigen tijd wel enige landelijke bekendheid, maar echt geliefd was en bleef hij toch vooral in zijn geboortestreek, die hij als dees' achter-hoek op de kaart zette.
Nog tot ver na zijn dood waren er in de Achterhoek veel families die slechts twee boeken bezaten: de Bijbel en het 'Sluyter-boek'. Nou ja, protestantse families dan, want de katholieken in de streek konden Sluiters bloed wel drinken. Dat was tijdens diens leven trouwens wederzijds.
In de vorige eeuw bezat menig Achterhoeks huishouden al drie boeken. Naast de Bijbel en de gedichten en liederen van Sluiter kwam 'Oud-Achterhoeksch boerenleven het gehele jaar rond' erbij. Het boek waarin Hendrik Willem Heuvel, die schoolmeester was in Gelselaar en Borculo, het leven in de Achterhoek van zijn jeugd (rond 1875) beschrijft. Ik heb me ooit laten vertellen dat dit boek (waarvan in 2001 nog een elfde druk is verschenen) nog steeds bij heel veel mensen op het nachtkastje ligt. Zodat ze het nog dagelijks kunnen pakken om er een stukje in te lezen.

Zelf bezat ik ooit het complete werk van Willem Sluiter. In een prachtige uitgave uit de achttiende eeuw. Dat boek heb ik een aantal jaren geleden geschonken aan museum De Scheper in Eibergen. Daar wordt het erfgoed van de dichter/dominee in ere gehouden. Het museum bezit al de grootste Sluiter-collectie ter wereld en toch waren ze blij met mijn boek. En ik was blij, dat ik er op een nette manier was afgekomen. Bij mij stond het maar nutteloos in de boekenkast. Ik las er nooit in. Want met alle respect, hoe belangrijk Sluiter ook is geweest, ik vind hem niet om te pruimen.

Dat ligt totaal anders bij meester Heuvel. Diens magnum opus ligt nog steeds in mijn werkkamer voor het grijpen. Want ik lees nog vaak een stukje in Oud-Achterhoeks Boerenleven. Niet dagelijks, maar gemiddeld toch wel eens in de twee weken. Omdat ik het nog steeds leuk vind om dit boek te lezen (ook al is het bijna een eeuw geleden geschreven) en ook, omdat ik er veel uit kan opsteken. Kennis die ik dan weer in mijn schrijfsels gebruiken kan.
Ik behoor dus tot de de vele liefhebbers van meester Heuvel. Geen wonder dus dat ik vorig jaar als een van de eersten 'In het voetspoor van Heuvel' heb gekocht. Een fors uitgevallen boek waarin een aantal heel verschillende mensen allerlei aspecten van meester Heuvel en zijn werk bespreken.
Het gekke is, dat ik het boek wel gekocht heb, maar er maar niet aan toe kwam het ook te lezen. Pas vorige week heb ik het eindelijk opengeslagen. En tot mijn spijt geconstateerd, dat ik bij het lezen geen rode oortjes kreeg. Ik vind het een genot om de jeugdherinneringen van meester Heuvel te lezen. Maar wat andere, waarschijnlijk veel geleerder mensen dan ik, allemaal in zijn werk zien, dat boeit me eerlijk gezegd nauwelijks. Ik wil hem domweg niet anders kennen dan als dat pakweg elfjarige jochie dat hij was, toen hij nog op zijn 'oldershuus', erve Blauwhand leefde. En daarom bezit ik ook maar één boek van en over Heuvel. Dat andere heb ik inmiddels alweer weggegeven.