Afbeelding

Burgerraad

'Onze democratie heeft groot onderhoud nodig,' stelt Denker des Vaderlands Daan Roovers. Dit najaar sprak niet alleen zij, maar ook filosofe Joke Hermsen zich in Bredevoort uit over een broodnodige hervorming van onze parlementaire democratie, waarin steeds minder mensen zich gehoord voelen en steeds meer mensen tegenover elkaar komen te staan.

2019 leek het jaar van het nee zeggen: de gele hesjes, de jonge klimaatstakers, de zorg, de leraren, de boeren, de bouwers. Ons vertrouwen in de politiek heeft een dieptepunt bereikt, grote groepen voelen zich niet gehoord door de overheid, men neemt het heft in eigen hand.
Wat kunnen we hieruit afleiden? De wijze waarop wij ons democratische systeem hebben ingericht - met het om de vier jaar naar de stembus gaan - heeft misschien zijn beste tijd gehad. En hoe staat eigenlijk met het fenomeen van 'de politieke partij'? Kent u nog iemand die lid is van een lokale of landelijke politieke partij? En zo ja, is het wel eens iemand anders dan een witte man op leeftijd? Niet per se een afspiegeling van de samenleving, of wel?
Maar uit het 'nee' zeggen kunnen we ook afleiden dat de democratie vitaal is: de burger staat op en doet zijn democratisch recht gelden. Men verenigt zich in belangengroepen, zoals de boeren, en dwingt invloed af: door de wegen te blokkeren moet Den Haag wel luisteren; het land staat immers vast.
Het antwoord wordt echter voortdurend gezocht in een strijd tussen 'ons' en de overheid. Telkens is er sprake van twee partijen tegenover elkaar, van een taal vol oorlogstermen, van een sfeer van onder druk zetten. Moge de sterkste winnen. (Zo werkt het spel in Den Haag trouwens ook: in debatten gaat het vooral om de ander overtroeven. Van een dialoog met uitwisseling van argumenten lijkt nauwelijks sprake.)
De weg van de strijd lijkt mij met oog op de samenleving niet de meest logische en constructieve weg. Onze samenleving is een bontgekleurde gemeenschap vol individuele belangen. Wint de ene partij het van de andere, dan is het wachten op een volgend gevecht, want er is altijd wel iemand zich niet gehoord voelt.
Diverse denkers pleiten vandaag de dag voor een andere weg: de weg van de burgerraad. Zet op basis van loting een aantal willekeurige burgers uit een postcodegebied bij elkaar aan tafel. Metselaar naast advocaat, progressief naast conservatief. Leg ze een urgent maatschappelijke kwestie voor. Laat ze uitvoerig met elkaar van gedachten wisselen, de voors en tegens verkennen, expertise invliegen waar nodig, en vervolgens gezamenlijk tot een oordeel komen. In Belgiƫ wordt er al volop mee geƫxperimenteerd. Met succes.

Kiezen we de weg van de bontgekleurde dialoog dan ontkomen we misschien aan de gepolariseerde strijd. Zet je burgers bij elkaar aan tafel, dan leg je de verantwoordelijkheid niet alleen bij henzelf, maar geef je hen ook een gemeenschappelijk doel: met elkaar tot een werkbare samenleving proberen te komen. Politiek ligt dan niet langer buiten ons, maar wij zijn zelf de politiek.