Bo Krabben in haar atelier bij Lyfstyl. Foto: Annekée Cuppers

Bo Krabben in haar atelier bij Lyfstyl. Foto: Annekée Cuppers

'Tweedehands kleding heeft iets unieks, alsof het meer leeft'

Vervolg van de voorpagina

Bo: "Ik herinner me dat ik als kind altijd al met textiel bezig was. Mijn moeder naaide veel en ik ging dan ook aan de slag, kleertjes maken voor mijn Barbies. Later op het mbo kwam ik erachter dat ik eigenlijk iets creatiefs wilde doen in plaats van Zorg en Welzijn, de richting waarvoor ik in eerste instantie gekozen had. Zo kwam ik op de mode-opleiding in Enschede terecht en studeerde daarna door in Amsterdam aan het Amsterdam Fashion Institute. Ik heb bewust voor deze opleiding gekozen en niet voor Artez in Arnhem. Die opleiding is meer kunstgericht en ik wilde graag commerciële mode ontwerpen, ook al moest ik daarvoor naar Amsterdam verhuizen."

'Alles maar
nieuw kopen,
dat trekt mij
totaal niet'


Want waar de meeste jongeren helemaal los gaan in de hoofdstad, blij dat ze van het 'saaie platteland' zijn verlost, gold dit niet voor Bo. "Ik kwam er al snel achter dat de stad helemaal niks is voor mij. Ieder weekend ging ik naar huis, ook omdat ik hier een weekendbaantje had. Eén weekend ben ik daar gebleven, vreselijk vond ik het. Amsterdam is een fantastische stad om een dagje naar toe te gaan maar ik zou daar niet voor altijd kunnen wonen."

Voorliefde voor tweedehands en hergebruik
Op de opleiding in Amsterdam leerde Bo duurzaam omgaan met textiel en het verwerken van tweedehandskleding in nieuw ontworpen kledingstukken. Dit was ook een groot onderdeel van haar eindexamencollectie "Op de opleiding was er veel aandacht voor duurzaamheid maar ook vanuit mijzelf heb ik altijd een voorliefde gehad voor tweedehandskleding. Ik denk dat 95 procent van de kleding die ik in mijn kast heb hangen uit tweedehands spullen bestaat. Alles maar nieuw kopen, dat trekt mij totaal niet. Het voelt voor mij uniek om iets te hebben dat al eens gedragen is, alsof het meer leeft. Op de een of andere manier voelt tweedehands kleding voor mij ook veel waardevoller, items zijn ook niet zomaar even te vervangen als ze zoek of beschadigd raken."

Creativiteit loslaten
Nadat Bo haar opleiding had afgerond, volgde een periode waarin mode en kleding maken op een zijspoor terecht kwamen. "Toen ik mijn opleiding had afgerond, was ik even helemaal klaar met mode. Ik had er behoefte aan om mijn creativiteit voorlopig los te laten en werk te doen waarbij ik zonder ingewikkeld denkwerk gewoon aan kon pakken. Ik werkte al ieder weekend bij evenementenservice De Timp in de verkoopunit en toen ik gevraagd werd om op kantoor te komen werken als manusje van alles, heb ik die kans aangegrepen. Met veel plezier heb ik daar jaren gewerkt maar uiteindelijk begon het toch weer te kriebelen om achter de naaimachine te zitten en professioneel wat met mijn opleiding te gaan doen."

Via Anja Onstenk, medewerkster bij het Ondernemersfonds en oud-medewerkster van De Timp, kwam Bo in contact met Ingrid Wekking en Marloes Polman van Lyfstyl, 2nd hand boetiek in Lichtenvoorde. "Anja heeft mij gestimuleerd om voor mijzelf te beginnen, waar ik zelf eerst nog aarzelde en de corona af wilde wachten. Anja attendeerde mij op de winkel van Ingrid en Marloes en was van mening dat mijn werk en vakkennis een mooie aanvulling zouden zijn op hun zaak. Dat bleek een geweldige tip want zij konden nog iemand gebruiken die kleding uit hun winkel kon vermaken en al vanaf de allereerste kennismaking klikte het meteen super goed tussen ons."

'We moeten af
van het idee
dat
tweedehands
kleding vies is'


Gedeelde filosofie
Bo vervolgt: "Er is op de wereld zo ontzettend veel mooie kleding en ik vind het heel erg om te zien dat deze vaak wordt afgedankt en dan tot vezels wordt vermalen of verbrand. Voor veel jongeren is de stap naar tweedehands kleding moeilijk, ze denken dat kleding die door een ander gedragen is, vies is. Dat idee, daar moeten we vanaf want gooi het in de wasmachine en je kunt het weer prima dragen, daar is niks mis mee."

Een filosofie die gedeeld wordt door de dames van Lyfstyl. Ingrid vult aan: "Juist in een zaak met tweedehands kleding let je extra op de kwaliteit en frisheid van de spullen. We krijgen wel eens eerste- en tweedejaars scholieren hier over de vloer die een idee hebben van een muffe zaak met oude meuk en die dan verwonderd rondkijken en voorzichtig vragen: 'Dat wat u aanheeft, is dat ook tweedehands?'. Deze doelgroep heeft nog een heel andere beleving bij kleding, zeker als ze zelf nog geen kleedgeld hebben. Vaak zijn ze gewend bij de Primark te kopen en hebben geen idee hoeveel werk het is om een T-shirt of broek te maken."

Het is de missie van Ingrid en Marloes om te laten zien dat je er met goede styling en leren welke kleuren je staan, in tweedehands kleding heel mooi uit kunt zien. "We willen het publiek leren dat je op een andere manier naar kleding kunt kijken door er creatief mee om te gaan. Bijvoorbeeld een kleurige sjaal die een hele outfit ophaalt of van een lange broek een bermuda maken. Maar creatieve ideeën bedenken is één ding maar ze ook uitvoeren, dat kan lang niet iedereen. Daar hebben we nu Bo voor. Een mooie samenwerking, gewoon een gouden formule!"

Bo Krabben is iedere woensdag- en vrijdagmiddag bij Lyfstyl te vinden in haar eigen atelier. U kunt bij haar terecht voor het vermaken van bij Lyfstyl gekochte kleding maar ook met eigen kleding die niet (meer) lekker zit, voor een compleet nieuw kledingstuk naar uw eigen wensen of het verwerken van een dierbaar stuk textiel tot een draagbaar kledingstuk of gebruiksvoorwerp. Afspraak maken kan via bokrabben@gmail.com of telefonisch op 06 3631 4935.


Facebook: Design by Bo Krabben





Een eindexamenstuk van Bo Krabben. Foto: Annekée Cuppers
Een van de eindexamenstukken. Foto: Annekée Cuppers