Studenten van het Saxion doen met een drone met infraroodbeelden onderzoek naar resten van het Cuenenhoes in de bodem. Foto: Annekée Cuppers

Studenten van het Saxion doen met een drone met infraroodbeelden onderzoek naar resten van het Cuenenhoes in de bodem. Foto: Annekée Cuppers

Archeologie-studenten verrichten onderzoek naar verdwenen Cuenshoes in Zieuwent

Vervolg van de voorpagina

Een niet alledaags gezicht in de weide naast het huis van de familie Papen aan de Boekelderweg 3 in Zieuwent. Archeologie-studenten van de Saxion Hogeschool in Deventer lopen in gele hesjes en met gewichtig uitziende apparatuur door het veld. Hoog in de lucht een drone die met een infrarood camera opnames maakt van de omgeving. Een van de studenten legt uit: "Bij de sloop van de boerderij destijds werd de bodem afgedekt met aarde. Planten en grassen reageren daarop en dat zie je in hun groeiwijze terug. Bijvoorbeeld door gele strepen in het gras. Met de dronebeelden die we we naderhand op de computer kunnen bekijken, hopen we zo op deze plek de resten van de voormalige boerderij in kaart te kunnen brengen." Voor hem en zijn medestudenten is het niet de eerste keer dat ze aan een dergelijk project meewerken, wel de eerste keer dat er met een drone gewerkt wordt. "Eerder moest je er met een helikopter overheen vliegen, of een hoge stellage bouwen om het gebied van bovenaf te kunnen bekijken. Dat gaat nu een stuk makkelijker en je hoeft niet in de bodem te gaan graven zodat alles intact blijft. De bodem zelf is immers het beste archief en zo blijft de geschiedenis van een dorp ook in het dorp."

De bodem
zelf is het
beste
archief voor
archeologische
vondsten


Een heel verschil met hoe archeologische werkzaamheden in het verleden verricht werden, zo weet ook Godfried Nijs van de Archeologische Werkgroep Lichtenvoorde (AWL). "Toen gingen we met schoppen de grond in, op zoek naar wat er nog aan tastbare geschiedenis terug te vinden is. Die tijd is definitief voorbij. Nu moet je eerst overleggen met grondeigenaren en gemeente. Als AWL hebben we al een kasteel in Harreveld en een kasteel en een kapel in Lichtenvoorde opgegraven, de ontdekking van de boerderij in Zieuwent is daar een mooie aanvulling op. Hopelijk kunnen we daar dan iets van zichtbaar maken in het landschap."

Onthulling van het spandoek
Voor alle aanwezigen houdt grondeigenaar en 'buurman' van het Cuenshoes, Stefan Papen, namens de werkgroep Cuenshoes een toespraak. Deze werkgroep bestaat behalve uit Stefan en Marlies uit: Oudheidkundige Vereniging Zuwent (OVZ), de AWL en Peter Ballast van gemeente Oost Gelre. Stefan vertelt hoe hij geïnteresseerd raakte in het Cuenshoes nadat hij hierover gelezen had. Hij begon met het verzamelen van tekeningen en documenten maar raakte zijn archief kwijt totdat het een tijd geleden bij een opruimactie weer boven water kwam. Ook vond hij tijdens ploegwerkzaamheden in de weide een volkomen vlakliggende steen, mogelijk een onderdeel van de oude fundering van het Cuenshoes.

Voor de onthulling van het spandoek waarop luchtfoto's van de omgeving van boerderij Bokelderbeans en de oude historische kaart van het gebied te zien zijn, heeft Stefan zijn beide buurmannen, de broers Jan en Theo Wolters (Vellas) ingeschakeld. "Zij zijn de nazaten van de laatste bewoners van het Cuenshoes dat vernoemd is naar de stichters in 1695, het echtpaar Cuenen."

'Woondroebels
zijn niet
innovatief,
het is een
oude waarde
in een nieuw
jasje'


Droebelroute
De bedoeling van de werkgroep Cuenshoes is zoveel mogelijk informatie over de verdwenen boerderij op droebel 't Bokelder naar boven te halen. Een droebel is een oude vorm van bewoning in Zieuwent waarbij een groep boerderijen op een hoger gelegen zandvlakte dicht bij elkaar werd gebouwd zodat men in de winter droge voeten hield in het verder moerassige landschap van Zieuwent. De bewoners waren allemaal familie van elkaar; dochters en zonen van de hoofdbewoners bouwden hun boerderij naast het ouderlijk huis. Zo ontstonden kleine gemeenschapjes waarbij men sterk op elkaar aangewezen was. Sinds 2019 kent Zieuwent een wandel- en fietsroute langs de 14 overgebleven droebels.

Marlies Papen ziet overeenkomsten met de leefgemeenschappen op de droebels van toen en de woningnood en gevolgen van de corona van nu. "De droebels vertellen het verhaal over hoe er geleefd werd in die tijd en zijn daarmee van enorme waarde geweest voor de omgangsvormen in Zieuwent. Men was op elkaar en de natuur aangewezen, een goeie naober was van levensbelang. Men wilde en moest de ruimte, tijd, middelen en de bodem zo efficiënt mogelijk delen en benutten om het zo goed mogelijk na te laten voor het nageslacht. Stephan is hier geboren en heeft dit in zijn jeugd nog mogen ervaren. Tegenwoordig wordt er soms net gedaan of wonen met meerdere generaties op één plek heel innovatief is maar die sociale cohesie is eigenlijk een oude waarde in een nieuw jasje. Wij hebben tot het overlijden van de ouders van Stephan ook met hun onder één dak geleefd. Daar zouden we met het oog op de woningnood en de hoge zorgkosten van nu, veel meer mee kunnen doen. Zo zou je (tijdelijke) woonruimte kunnen creëren voor jongeren bij voormalige boerderijen waarbij zowel de bewoners als de jongeren profiteren. Ouderen kunnen helpen bij de opvoeding van de kinderen, de jongeren kunnen helpen bij de zorg voor ouderen. Zo zijn we minder afhankelijk van de grote instituten en verhogen tegelijkertijd het welzijn van de mensen. Noaberschap en lokaal ten top. De geschiedenis van het Cuenshoes laat zien dat het kan. Hoe mooi zou het zijn dat we dat anno 2021 weer nieuw leven in kunnen blazen."

Een historische kaart van de omgeving waarop het Cuenenhoes staat ingetekend. Foto: Annekée Cuppers